SOCIAAL CULTUREEL WERK EN CULTUUR
 
Wordt gegeven in 3de jaar professionele Bachelor in het sociaal werk - afstudeerrichting: sociaal-cultureel werk
Hoorcollege [A] 12.0
Werkcollege [B] 12.0
Begel. zelfst./extern werk [C] 8.0
Totale studietijd [D] 84.0
Studiepunten [E] 3
Niveau gespecialiseerd
Creditcontract? toelating nodig
Examencontract? toelating nodig
Onderwijstaal Nederlands
Titularis Nancy De Blieck
Referentie SCSWKS03A01008
 
Trefwoorden
Sociaal-Cultureel Werk en Cultuur

Doelstellingen
Cultuur is een universeel recht. Denken over cultuurparticipatie is een essentiële kern van het cultuurbeleid. Elk individu heeft cultureel potentieel: een samenleving dient individuen alle kansen te bieden om zich te kunnen ontplooien. Een sociaal-cultureel werker kan daarin bijdragen.

Het opleidingsonderdeel wil deze doelstellingen concreet vorm geven door volgende competenties uit het opleidingsprofiel te ondersteunen:

Beroepsspecifieke competenties
Sociaal Werkers:
-1. Handelen vanuit een visie die steunt op een breed inzicht in de maatschappelijke werkelijkheid;

-2. Geven op een methodische manier vorm aan de sociaal-agogische processen in hun taakgebieden;

-3. Communiceren doelgericht in een context van grote diversiteit.

Algemene competenties
Algemene beroepsgerichte competentie
-4. Het besef van maatschappelijke verantwoordelijkheid samenhangend met de beroepspraktijk.

Algemene (generieke) competentie
-5.Creativiteit.

Dit opleidingsonderdeel richt de blik op cultuurdimensies en - processen. Het biedt een belangrijk kader aan het werken binnen het sociaal-cultureel werkveld.
Het steunt op leerinhouden uit modeltraject 1 en modeltraject 2 m.n. de menswetenschappelijke disciplines.
Het maakt gebruik van professionele vaardigheden als observatie en actief luisteren, verworven gespreksvaardigheden en vaardigheden m.b.t. groepswerk in:
Modeltraject 1
Maatschappelijk Assistent in de Praktijk: Theoretische en praktische bouwstenen 1 en 2.
Modeltraject 2
Communicatie en interactie.
Het opleidingsonderdeel kan ondersteuning bieden aan de opleidingsonderdelen Stage 2 en Afstudeerproject modeltraject 3 met accent op de afstudeerrichting Sociaal-Cultureel Werk.

Leerinhoud
Overzicht invulling van het cultuurbegrip;
Cultuurparticipatie;
Beleids- en werkveldinitiatieven;
Visies op participatie;
Participatiemodellen.

Begincompetenties
Studenten kunnen in de onderwijsrealiteit van dit opleidingsonderdeel, indien nodig, hun basisinzichten uit volgende inhoudskaders aanwenden:
Modeltraject 1
Maatschappelijk Assistent in de Praktijk: Theoretische en praktische bouwstenen 1;
Maatschappelijk Assistent in de Praktijk: Theoretische en praktische bouwstenen 2.
Modeltraject 2
Werkvelden Sociaal Werk;
Communicatie en interactie;
Stage 1;
Keuzelijst 1 Methodieken Sociaal-Cultureel Werk.

Eindcompetenties
De competenties uit het opleidingsprofiel vermeld in het luik ‘doelstellingen’ worden integratief ondersteund door volgende eindcompetenties van het opleidingsonderdeel:

Op het niveau weten en inzien
De studenten:
- Identificeren correct de cultuurbegrippen;
- Kenschetsen met zin voor volledigheid het huidig cultuurbeleid;
- Beschrijven inzichtelijk de kenmerken en noden van de doelgroepen in samenhang met cultuurparticipatie;
- Zetten overzichtelijk de verschillende visies en de verschillende participatiemodellen uiteen.

Op het niveau toepassing
De studenten:
- Formuleren beargumenteerd een eigen visie op cultuurparticipatie;
- Koppelen correct visie aan cultuurparticipatieprocessen.

Leermaterialen
::Voor meer informatie, klik hier::
Boek: Leye, Marijke, red. (2006). Over (cultuur)participatie. Uitg. Kunst en Democratie.

Studiekosten
De kostprijs wordt geraamd op ongeveer 20 euro.

Studiebegeleiding
Lesgever is aanspreekbaar tijdens de lessen of na afspraak voor verdere uitleg en voor feedback bij uitwerking van de opdracht(project).

Onderwijsvormen
Interactief hoorcollege voor de kennisaspecten;
Begeleide zelfstudie bij uitwerking opdracht(project).

Dit opleidingsonderdeel ondersteunt, gelinkt aan haar inhoudelijke eigenheid, de mogelijkheid tot implementatie van internationale gastsprekers en/of bezoeken in internationale context.

Evaluatievorm
Eerste zittijd
Het mondeling examen op het einde van het semester richt zich op de volledige leerinhoud van dit opleidingsonderdeel. Het aantal vragen wordt bepaald met zorg naar haalbaarheid binnen de voorziene examineringstijd.
Het examen omvat kort antwoordvragen, essayvragen, meningsvragen en vragen naar het linken opdracht(project) en theorie.

Tweede zittijd
Voor de tweede zittijd wordt een gelijkaardig mondeling examen voorzien.

OP-leden
Betrokken lesgevers:
Nancy De Blieck ( nancy.deblieck@hogent.be )
Anne Scheerlinck ( anne.scheerlinck@hogent.be )