Wordt gegeven in |
3de jaar Bachelor in de bestuurskunde en het publiek management
Bachelor in de bestuurskunde en het publiek management, voor P.B. netwerkec./bedrijfsmgmt
Bachelor in de bestuurskunde en het publiek management, voor P.B. soc.wk/toeg.psych./ortho
Bachelor in de bestuurskunde en het publiek management, voor Bach. in handelswetenschappen
Bachelor in de bestuurskunde en het publiek management, voor P.B. Maatschappelijke Veiligheid
Bachelor in de bestuurskunde en het publiek management, voor P.B. bedrijfsman.: Rechtspraktijk
Schakel tot de master in de bestuurskunde en het publiek management voor professionele bachelors, O.O. voor pBa. sociaal werk/toeg. psychologie/orthopedagogie
Schakel tot de master in de bestuurskunde en het publiek management voor professionele bachelors, O.O. voor P.B. in bedrijfsmanagement en de netwerkeconomie
Schakel tot de master in de bestuurskunde en het publiek management voor professionele bachelors, O.O. voor pBa. in bedrijfsmanagement afstud. rechtspraktijk
|
Hoorcollege |
[A] 24.0 |
Werkcollege |
[B] 12.0 |
Begel. zelfst./extern werk |
[C] 18.0 |
Totale studietijd |
[D] 180.0 |
Studiepunten |
[E] 6 |
Niveau |
gespecialiseerd |
Creditcontract? |
toelating nodig |
Examencontract? |
niet toegelaten |
Onderwijstaal |
Nederlands |
Titularis |
Marleen Easton
|
Referentie |
HBBEST03K00048 |
|
Trefwoorden objectieve en subjectieve (on)veiligheid, integraal) veiligheidsbeleid, veiligheidsactoren
Doelstellingen - De studenten vertrouwd maken met de begrippen eigen aan het veiligheidsbeleid.
- De studenten de historische ontwikkeling van het veiligheidsveld met inbegrip van het actuele denken over veiligheid bijbrengen; aanreiken van inzichten in de sociaal-wetenschappelijke benadering van veiligheid.
- Kennismaking met de veiligheidsactoren met inbegrip van de institutionele inbedding.
- Inzicht hebben in de actuele ontwikkelingen en tendensen in het veiligheidsbeleid.
De keuzes seminarie beleidsdomein laat de student toe diepgaander kennis te maken met een specifiek beleidsdomein.
Leerinhoud Binnen het veiligheidsbeleid is er aandacht voor:
- (Probleem)definitie: basisbegrippen uit de sfeer van veiligheid en sociaal-wetenschappelijke situering van veiligheid.
- Historische context: Evoluties in het denken over veiligheid (integrale veiligheid…).
- Institutioneel kader: veiligheidsbeleid in België m.i.v. institutionele inbedding (bevoegdheidsverdeling).
- Beleidsactoren: veiligheidsbeleid in België/Vlaanderen; publieke en private actoren op het veiligheidsveld.
- Beleidsontwikkeling en -inhoud: toepassing beleidscyclus, veiligheidsdiagnostiek, veiligheidsplannen,…
- Managementontwikkelingen: integratieconcepten, netwerkontwikkeling, planningsconcepten, contractgedachte (convenanten), kwaliteitszorg in het veiligheidsveld.
Begincompetenties De competenties van de opleidingsonderdelen inleiding management en inleiding bestuurs- en beleidskunde (1ste bachelor BPM) en management in de publieke sector, beleidskunde hoorcollege (2de bachelor BPM) moeten in voldoende mate verworven zijn.
Eindcompetenties Kerncompetenties:
1) Basiskennis hebben van het veiligheidsbegrippenkader en van de organisatie van de veiligheidssector.
2) Basiskennis en inzichten hebben in de ontwikkeling van het veiligheidsbeleid en vanuit deze basiskennis kritisch kunnen reflecteren op bijzondere vraagstukken binnen de veiligheidszorg
3) Data over onveiligheidsproblemen kunnen verzamelen, analyseren en omschrijven in beleidstermen.
Algemene competentie:
Het vermogen om de relevante data te verzamelen die de oordeelsvorming over maatschappelijke, wetenschappelijke of ethische vraagstukken sturen.
Leermaterialen ::Voor meer informatie, klik hier:: hand-outs (slides) van de les, artikels
Studiekosten kopie- of printkosten van de hand-outs en artikels
kosten verbonden aan zelfstandig werk
Studiebegeleiding vraagstelling mogelijk tijdens de lessen en individueel (na afspraak).
Onderwijsvormen mix van onderwijsvormen:
Hoorcolleges, gastsprekers
Geleide oefeningen
Zelfstandig werk: paper
ev. excursie
Evaluatievorm mondeling examen met open vragen (50%)
paper (50%)
De titularis zal bij een examencijfer van 7 of minder op 20 voor een onderscheiden evaluatieonderdeel van het opleidingsonderdeel afwijken van het gewogen gemiddelde voor de toekenning van de eindscore. De eindscore wordt dan herleid tot de laagste score die de student heeft behaald op de onderscheiden evaluatieonderdelen.
2de zittijd: evaluatie op basis van een mondeling examen en/of herwerken paper. (afhankelijk van de tekorten). De punten van het onderdeel waarvoor geslaagd worden overgenomen naar de 2de zittijd.
OP-leden Marleen Easton
|
|