TOEGEPASTE DIEETLEER 3
 
Wordt gegeven in 3de jaar professionele Bachelor in de voedings- en dieetkunde
Hoorcollege [A] 30.0
Werkcollege [B] 48.0
Begel. zelfst./extern werk [C] 25.0
Totale studietijd [D] 180.0
Studiepunten [E] 6
Niveau  
Creditcontract? toelating nodig
Examencontract? toelating nodig
Onderwijstaal Nederlands
Titularis Silke MEULEWATER
Referentie GCVKDK03A00011
 
Trefwoorden
b420-voeding, b480-endocrinologie, b480-diabetologie, b560-nefrologie, b500-transplantatie, b580-reumatologie, b550-gastro-enterologie, b500-immunologie, b490-hematologie, b530-cardiovasculair systeem, b680-volksgezondheid

Doelstellingen
Het wettelijk omschreven leerprogramma betreffende de erkenning van de beroepstitel “diëtist”, omvat een theoretische en praktische opleiding in de diëtetiek (KB 19 februari 1997). Dit opleidingsonderdeel kan beschouwd worden als een voortzetting van en een aanvulling op Toegepaste dieetleer 1 en 2 en Pathologie uit het tweede jaar, met nadruk op voorbereiding op de praktijk. In deze context wordt getracht een optimale articulatie te bewerkstelligen met Pathologie en dieetleer en behandelde topics uit Farmacologie en –dynamie m.i.v. toxicologie, eveneens in het derde jaar gedoceerd. Dit opleidingsonderdeel bereidt voor op de klinische stages.

Leerinhoud
Toegepaste dieetleer 3
Toelichting van dieetverwijzing, -voorschrift, -advies en diëtetisch handelen bij verschillende pathologieën (nierdialyse; niertransplantatie; diabetische nefropathie; nierstenen; reumatische ziekten; gastro-intestinaallijden zoals maagresectie, inflammatoire darmziekten, ileo- en colostoma, ... ; klinische voeding zoals TPN; voedselovergevoeligheid; verminderde afweer; oncologie; ...); eetstoornissen (AN, BN, BED); aminozuurstofwisselingsstoornissen: PKU.

Oefeningen Toegepaste dieetleer 2
Toepassingen aan de hand van gevalsstudies; specifieke opdrachten met betrekking tot het diëtetisch handelen (DM type 1: pas ontdekte, follow-up, alternatieve voedingswijze; DM type 2; DM met complicaties; nierlijden: CNI, dialyse; leverlijden: CI; IBD: ziekte van Crohn, colitis, stoma; hart- en vaatlijden; obesiteit met complicaties; sportvoeding; ...).

Begincompetenties
Voorkennis van Pathologie, Biochemie, Voedingsleer, Toegepaste dieetleer 1 en 2 en Diëtetische keukentechnologie 1 en 2 van het tweede studiejaar. Voor deze opleidingsonderdelen moet de student een credit behaald hebben, gedelibereerd zijn of een vrijstelling bekomen hebben op basis van EVK of EVC. Dit opleidingsonderdeel moet samen opgenomen worden met Pathologie en dieetleer of na het behalen van de credit Pathologie en dieetleer. Zie het volgtijdelijkheidsoverzicht van de opleiding.

Eindcompetenties
Beroepsspecifieke competenties
Toegepaste dieetleer 3
1. Inzicht hebben in de dieettherapieën, gehanteerd bij de medische behandeling en ter ondersteuning ervan bij specifieke pathologieën en/of stoornissen van het normale metabolisme.
2. De dieettherapie kennen en kunnen motiveren.
3. Inzicht hebben in dieetbehandelingsprotocollen/- standaarden.
4. Inzicht hebben in het belang van interdisciplinair werken.

Oefeningen Toegepaste dieetleer 2
In staat zijn een "individueel aangepaste" dieettherapie en dieetadvies uit te werken (doelgroep volwassenen en adolescenten)
Onder meer:
- op verwijzing van de behandelende arts een dieetvoorschrift kunnen formuleren en een dieetadvies kunnen uitwerken;
- probleemgeoriënteerd analyseren en interpreteren van de verwijzing, de gezondheidsproblemen;
- elektronisch registreren van het cliëntendossier;
- dieetbehandelingsprotocollen/standaarden kunnen toepassen.

Algemene competenties
Het kunnen ontwikkelen en toepassen van zinvolle oplossingsstrategieën

Deze competenties ondersteunen verschillende eindcompetenties van de opleiding.

Leermaterialen
::Voor meer informatie, klik hier::
Handboeken:
Vlaamse Diabetes Vereniging Commisie Voeding, Voedingsinterventieprotocol bij diabetes, Gent, 2008
Belgian Association for the Study of Obesity, Abbott en Roche, Obesitas, De consensus van de BASO Een praktische gids voor de evaluatie en behandeling van overgewicht en obesitas, 2002
LEO PHARMA, NV, Weet wat je eet. Tips en triks voor dialysepatiënten, Wilrijk

Toegepaste dieetleer 3
Cursus (gepolykopieerd) en aanvullende lesnota's

Oefeningen Toegepaste dieetleer 2
Handleiding bij de oefeningen (eigen cursus) en aanvullende lesnota's
Casussen
Leerboeken vorig academiejaar

Studiekosten
Geraamde totaalprijs: 39.0 EUR
Handboeken:
Weet wat je eet: € 15
Consensus van de BASO: € 15

Toegepaste dieetleer 3
Cursus ongeveer 300 bladzijden € 9,00 en aanvullingen (protocollen en dieetbehandelingsuitgaven met variabele kostprijs).
Didactische uitstappen en seminaries: verplaatsingskosten en eventuele inschrijvingskosten.

Oefeningen Toegepaste dieetleer 2
Cursus oefeningen toegepaste dieetleer 1
Rest: eigen cursusblok en printpapier
De leerboeken aangekocht bij de aanvang van vorig academiejaar worden verder gebruikt (behoudens aanschaf herziene uitgaven).

Studiebegeleiding
Na afspraak

Onderwijsvormen
Toegepaste dieetleer 3
Informatie-aanbiedende methode nl. de doceermethode
Dialectische methode nl. het leergesprek of probleemstellende methode
Desgevallend: zelfstudie, autonome activiteiten (bijvoorbeeld in functie van de actualiteit)

Oefeningen Toegepaste dieetleer 2
I.f.v. de "case-studies": probleem georiënteerd
Informatie-aanbiedende methode nl. de doceermethode; bord;
Dialectische methode nl. het leergesprek of probleemstellende methode;
Zelfstudie, autonome activiteiten.
De student kan gebruik maken van een specifiek softwarepakket voor bepaalde onderdelen.
Van de student wordt verwacht dat de oefeningen buiten de contacturen vervolledigd worden.

Evaluatievorm
Toegepaste dieetleer 3
Het onderdeel theorie telt voor 50 % mee in de eindevaluatie van het opleidingsonderdeel.

De evaluatie gebeurt onder de vorm van een mondeling examen met schriftelijke voorbereiding (met bijzitter). De beoordeling gebeurt op basis van wat mondeling naar voor wordt gebracht. Hierbij kan gevraagd worden om de gebruikte begrippen meer te gaan toelichten. Om het verwerken van de leerinhouden te optimaliseren ontvangt de student vooraf lijsten met voorbeeldexamenvragen.

Tweede zittijd is mogelijk.

Oefeningen Toegepaste dieetleer 2
Het onderdeel oefeningen telt voor 50 % (20% permanente evaluatie, 30% examen) mee in de eindevaluatie van het opleidingsonderdeel.

TUSSENTIJDSE EVALUATIE VAN HET JAARWERK
De oefeningen worden geëvalueerd en gequoteerd. Bij de eindevaluatie van het volledige opleidingsonderdeel telt deze permanente evaluatie voor 20%. Niet respecteren van de deadline voor indienen van een oefening/opdracht resulteert in een quotering van max. 5/10.

Wanneer een student in eerste zittijd niet geslaagd is voor het betreffende opleidingsonderdeel waarvoor permanent wordt geëvalueerd, kunnen vervangopdrachten worden voorzien voor de 2de zittijd, op voorwaarde dat de student in het academiejaar minstens 10 op 20 behaalde bij minimum 50% van de permanente evaluaties van het betrokken opleidingsonderdeel (art. 2.3 DOER).

EINDEVALUATIE
De evaluatie gebeurt onder de vorm van een examen (casestudie) dat voor 30% meetelt. Het examen bestaat uit een schriftelijk gedeelte [uitwerken van de dieetbehandeling: theoretisch (evaluatie voedingstoestand, nutriëntenaanbevelingen) en praktische motivatie met voedingsmiddelenkeuze, maaltijden- en menupatroon, gemiddelde voedingsmiddeleninname en berekeningen, evaluatie] en een mondelinge verdediging en motivatie van de voorgestelde dieettherapie (analyse van de verwijzing en de gezondheidsproblemen, toelichting van belangrijke gegevens, opstellen van het dieetvoorschrift, motivatie van de voorgestelde dieetbehandeling) (met bijzitter). Hierbij kan gevraagd worden om de gebruikte begrippen meer te gaan toelichten. Het aandeel van schriftelijk en mondeling gedeelte bedraagt 50%.

Tweede zittijd is mogelijk. Het aandeel van de punten voor permanente evaluatie wordt ongewijzigd overgenomen voor de tweede zittijd.
Bij een examencijfer van 7 of minder op 20 voor één van beide vakken moet desbetreffend vak in tweede zittijd hernomen worden ondanks een eindresultaat (rekenkundig gemiddelde) van 10 of meer op 20 (art 13.5 DOER).


OP-leden
Debbie DEVENYN
Silke MEULEWAETER