STAGE GEMEENSCHAPPELIJK
 
Wordt gegeven in 1st jaar professionele Bachelor in het onderwijs: lager onderwijs
2de jaar professionele Bachelor in het onderwijs: lager onderwijs, tweejarig SOV-programma voor bachelors of masters: 1ste jaar
Hoorcollege [A] 0.0
Werkcollege [B] 0.0
Begel. zelfst./extern werk [C] 66.0
Totale studietijd [D] 120.0
Studiepunten [E] 4
Niveau inleidend
Creditcontract? toegankelijk
Examencontract?
Onderwijstaal Nederlands
Titularis Karina VAN DEN BROECK
Referentie LGOWIJ01A00206
 
Trefwoorden
Stage, Agogisch handelen, Didactisch handelen, Pedagogisch handelen, Communicatie

Doelstellingen
- het werkveld leren observeren en verkennen
- leerprocessen verantwoord kunnen voorbereiden, uitvoeren en evalueren
- zichzelf zowel mondeling als schriftelijk duidelijk en correct kunnen uitdrukken
- op een verantwoordelijke, vriendelijke en kordate wijze met kinderen kunnen omgaan
- een positieve interactie met kinderen nastreven, constructief kunnen omgaan met ongewenst gedrag
- een stimulerende leeromgeving kunnen creëren en in stand houden
- de gemaakte afspraken inzake administratieve verplichtingen nauwgezet kunnen naleven
- kritisch kunnen terugkijken op het eigen pedagogisch didactisch handelen
- zich discreet opstellen t.a.v. verkregen informatie
- kunnen reflecteren over het eigen agogisch, pedagogisch en didactisch handelen

Leerinhoud
Eerste periode (eerste semester):
- kijk- en luisterstage: globale verkenning van het werkveld via observatie in de drie graden

Tweede periode (eerste semester):
- pedagogisch didactische activiteiten: verdiepende observatie, intitiatie in het organiseren van activiteiten met kinderen (in een bepaalde graad)

Derde en vierde periode (tweede semester):
- doestages 1 en 2: het afgesproken aantal lessen voorbereiden, realiseren en evalueren (in de overige 2 graden)


Begincompetenties
- de eindtermen van het secundair onderwijs
- informatie kunnen opzoeken, kunnen structureren, ordelijk kunnen werken, zich mondeling en schriftelijk behoorlijk kunnen uitdrukken
- attitudes: verantwoordelijkheidszin, relationele gerichtheid, creativiteit en kritische zin

Eindcompetenties
Functioneel geheel 1: de leraar als begeleider van leer- en ontwikkelingsprocessen

Vaardigheid 1.1: de beginsituatie van de leerlingen en van de klas kunnen achterhalen. (1.1.1)
Vaardigheid 1.2: doelstellingen kunnen kiezen en formuleren. (1.2.1 , 1.2.3 , 1.2.4)
Vaardigheid 1.3: Leerinhouden kunnen selecteren. (1.3.1 )
Vaardigheid 1.4: Leerinhouden kunnen structureren en vertalen in opdrachten.
Vaardigheid 1.5 : Een aangepaste methodische aanpak en groeperingsvorm kunnen kiezen. (1.5.1 , 1.5.2 , 1.5.3)
Vaardigheid 1.6 : Onderwijs - en leermiddelen kunnen kiezen en aanpassen. (1.6.1, 1.6.3)
Vaardigheid 1.7 : Een krachtige leeromgeving creëren. (1.7.1, 1.7.2, 1.7.3, 1.7.4, 1.7.5)
Vaardigheid 1.8 : Observatie en evaluatie kunnen voorbereiden. (1.8.1)
Vaardigheid 1.9 : Kunnen observeren, proces en product kunnen evalueren met het oog op bijsturing en remediëring. (1.9.7)


Functioneel geheel 2: de leraar als opvoeder

Vaardigheid 2.1: In overleg een positief leefklimaat creëren voor de kinderen in de leerlingengroep en op school. (2.1.1,2.1.2,2.1.3,2.1.4,2.1.5 ,2.1.6)
Vaardigheid 2.2: De emancipatie van de kinderen bevorderen. (2.2.1, 2.2.3)
Vaardigheid 2.3: Attitudes bij kinderen nastreven die bijdragen tot hun individuele ontplooiing en maatschappelijke participatie. (2.3.1, 2.3.2, 2.3.3)
Vaardigheid 2.4: Inspelen op de actuele maatschappelijke ontwikkelingen.(2.4.1,2.4.2)
Vaardigheid 2.5: Adequaat omgaan met kinderen in sociaal-emotionele probleemsituaties en met kinderen met gedragsproblemen. (2.5.1)
Vaardigheid 2.6: Het fysiek welzijn van de kinderen bevorderen.(2.6.1)

Functioneel geheel 3: de leraar als inhoudelijk expert

Vaardigheid 3.1: Basiskennis i.v.m. de leergebieden beheersen en actualiseren.(3.1.1,3.1.2)
Vaardigheid 3.2: Toepassen van de verworven kennis en vaardigheden in de didactische aanpak.(3.2.1)

Functioneel geheel 4: de leraar als organisator

Vaardigheid 4.1 Een gestructureerd werkklimaat bevorderen.(4.1.1)
Vaardigheid 4.2: Een soepel en efficiënt les- en/of dagverloop creëren, passend in een tijdsplanning a) vanuit het oogpunt van de leraar b) vanuit het oogpunt van de lerende
(4.2.3,4.2.4,4.2.5 )
Vaardigheid 4.3: Op correcte wijze administratieve taken uitvoeren.(4.3.1,4.3.4)
Vaardigheid 4.4: Een stimulerende en werkbare klasruimte creëren, rekening houdend met de veiligheid van de kinderen.(4.4.1,4.4.2,4.4.3)

Functioneel geheel 5: de leraar als innovator - de leraar als onderzoeker

Vaardigheid 5.1: Vernieuwende elementen aanwenden en aanbrengen.(5.1.1)
Vaardigheid 5.2: Kennisnemen van resultaten van onderzoek.(5.2.1)
Vaardigheid 5.3: Het eigen functioneren kunnen bevragen en bijsturen.(5.3.1)

Functioneel geheel 6: de leraar als partner van ouders en verzorgers

Vaardigheid 6.1: Zich op de hoogte stellen van een discreet omgaan met gegevens over het kind.(6.1.1)

Functioneel geheel 7: de leraar als lid van een schoolteam

Vaardigheid 7.1: Overleggen en samenwerken binnen het schoolteam.(7.1.1,7.1.2,7.1.3,7.1.4)
Vaardigheid 7.2: In team een taakverdeling opstellen en die naleven.(7.2.1,7.2.2,7.2.3,7.2.4,7.2.5)
Vaardigheid 7.3: Het eigen pedagogisch en didactisch handelen bespreekbaar maken in teamverband.(7.3.1,7.3.2,7.3.3)
Vaardigheid 7.4: Zich documenteren over de eigen rechtszekerheid en die van de leerlingen.(7.4.1,7.4.2)

Functioneel geheel 9: de leraar als lid van de onderwijsgemeenschap

Vaardigheid 9.1: Deelnemen aan het maatschappelijk debat over onderwijskundige thema's.(9.1.1)
Vaardigheid 9.2: reflecteren over het beroep van de leraar en de plaats ervan in de samenleving.(9.2.1)

Functioneel geheel 10: de leraar als cultuurparticipant

Vaardigheid 10.1: Volgt actuele thema's en ontwikkelingen op via het journaal, nieuwsduidende programma's, kranten, internet, software, tijdschriften, bezoeken aan musea, enz. (10.1.1,10.1.2,10.1.3,10.1.4)
Vaardigheid 10.2: Kan informatie over bovengenoemde thema's en ontwikkelingen kritisch benaderen.(10.2.1 )
Vaardigheid 10.3: Kan informatie uit bovengenoemde domeinen selecteren en die verwerken in het pedagogisch en didactisch handelen.(10.3.1)
Vaardigheid 10.4: Stimuleert kinderen om actuele thema's en ontwikkelingen te volgen en kritisch te benaderen.(10.4.1)
Vaardigheid 10.5: Participeert aan het breed maatschappelijk cultuurgebeuren.(10.5.1)

Attitudes

A1. Beslissingsvermogen, A2. Relationele gerichtheid, A3. Kritische ingesteldheid,A4. Leergierigheid, A5. Organisatievermogen,
A6. Zin voor samenwerking, A7. Verantwoordelijkheidszin, A8. Creatieve gerichtheid, A9. Flexibiliteit, A10. Gerichtheid op correct taalgebruik en communicatie

Leermaterialen


Studiekosten
Geraamde totaalprijs: 50.0 EUR
Verplaatsing naar de hospiteerscholen en kosten voor het aanmaken en kopiëren van didactisch materiaal.

Studiebegeleiding
Voorbereidende oefeningen op het maken van lesvoorbereidingen, mogelijkheid tot hulp vragen bij de voorbereiding van de stage, feedback en tips over de lespraktijk.

Onderwijsvormen
Luisterstages en ervaringsstages.


Evaluatievorm
Permanente evaluatie op basis van het pedagogisch dossier.
De volgende hoofdcriteria zijn richtingaangevend:
- attitudes
- voorbereidend werk
- uitvoering van lessen
- communicatie
- evolutie/groei
Geen tweede zittijd mogelijk.
Studenten met een examencontract dienen zich in te schrijven voor dit opleidingsonderdeel en voor het opleidingsonderdeel Stage specifiek via een creditcontract. Permanente evaluatie. Geen tweede zittijd mogelijk.

OP-leden
Jan Block
Marjan Tratsaert
Riet Thuy
Dorien Van Den Bosch
Karina Van den Broeck